En wat moeten we dan met al die inzichten?

Bestaansrecht zonder voorwaarden deel 4

In de eerste drie delen schreef ik over hoe bestaansrecht vaak pas gevoeld wordt als we voldoen aan voorwaarden. Als we ons aanpassen, zorgen, presteren. Hoe dat begint in onze jeugd, hoe het zich vermomt als vrijheid, en hoe het doorwerkt in systemen en maatschappelijke verhoudingen.
Maar nu is het tijd voor iets anders. Niet per se lichter, maar hopelijk wel hoopvoller. Ik doe een voorzet naar wat het volgens mij vraagt om dit patroon te doorbreken. Niet in de buitenwereld, maar in jezelf. In de archetypen die je leeft. In het verhaal dat je jezelf blijft vertellen. En in de moed om dat verhaal te herschrijven.


Je schaduw als trouwe metgezel

Even een kleine zijstap. Want misschien dacht je toen je hierboven de woorden schaduw en licht las: “Oh jee, daar gaan we… zweverige toestanden, klankschalen, wierook, en een paar energetische ademhalingen verder zit ik ineens in mijn vorige leven. Nee dank je, ik ben weg.”
Snap ik. Echt. Niet iedereen wordt blij van tarotkaarten en brandende salie. Hoeft ook niet. Maar een schaduw, en schaduwwerk is in essentie allesbehalve vaag. Het is gewoon kijken naar de delen van jezelf die je liever niet laat zien. Je irritaties. Je schaamte. Je controlezucht. Je drang om alles op te lossen of juist weg te rennen.
Niet omdat je slecht bent. Maar omdat die delen ooit zijn ontstaan om je veilig te houden.
Schaduw betekent voor mij gewoon: de kanten van jezelf waar je licht nog niet op hebt durven schijnen. Maar ze zijn er wel. En hoe langer je doet alsof ze er niet zijn, hoe harder ze op onverwachte momenten naar buiten knallen. Dus liever eerlijk: ja, ik ben soms gemeen, heftig, en passief-agressief. Ja, ik wil meestal, (ehm, eigenlijk altijd) alles controleren. Ja, ik ben doodsbang om niet geliefd te zijn. En nee, dat maakt me niet minder waard. Alleen menselijk.

In het verlengde daarvan: veel mensen denken dat schaduwwerk gaat over ‘donkere’ kanten opruimen. Dingen fixen. Onszelf ‘helen’ zodat we weer ‘normaal’ functioneren. Volgens mij is een groot deel van de New Age, zeker de commerciële tak, precies daarop gericht. Maar dat is precies het probleem. Dat ook onze heling voorwaardelijk wordt gemaakt. En dat is nou precies wat we niet moeten willen wat mij betreft. Want:

Wat als je schaduw er gewoon mag zijn?
Wat als je boosheid je iets probeert te vertellen?
Wat als je vermijding ooit een vorm van zelfbescherming was?
Wat als je innerlijke criticus eigenlijk de stem is van een kind dat bang is verlaten te worden?

De eerste stap is dus niet veranderen. De eerste stap is erkennen. Je schaduw leren zien als iets dat ooit liefdevol bedoeld was. Als een archetype dat uit balans is geraakt.


Van overleven naar leiding nemen

Als je jezelf alleen kent in reactie op de buitenwereld, dan leef je in overlevingsstand. Dan ben je loyaal aan oude scripts, aan systemen, aan stemmen van vroeger. Maar op een dag word je wakker en voel je: dit ben ik niet (meer). En dan begint de shift.
Dat is het moment waarop het archetype verandert.
De behoeftige pleaser wordt een krachtige koningin.
De eeuwige criticus wordt een wijs mens.
De onzichtbare muurbloem wordt een krijger voor de goede zaak.

Niet omdat je een ‘beter’ mens bent geworden, maar omdat je de leiding terugneemt over je eigen verhaal. Omdat je erkent dat je bestaansrecht niet langer afhankelijk is van wie je vroeger moest zijn om liefde te krijgen.


Het vraagt volwassen moed

Die transformatie is geen quick fix (helaas, helaas, hoe vaak ik op zoek ben geweest naar De Knop). Het is rouwarbeid. Want het betekent afscheid nemen. Van het kind dat altijd zijn best deed. Van de stem die je veilig hield. Van het deel van jou dat gelooft dat je pas iets waard bent als je iets oplevert.
En het betekent verantwoordelijkheid nemen. Niet in de zin van schuld, maar in de zin van leiderschap. Innerlijk leiderschap. Zeggen: ‘dit is wie ik ben’. Ook als dat ongemakkelijk is. Ook als je daardoor mensen verliest. Ook als het niet in een social media quote past.


En dan… ruimte

Als je je eigen ruimte terugneemt, ontstaat er iets nieuws. Rust. Adem. Leegte misschien. En leegte kan angstaanjagend en verdrietig zijn. Zeker als je jarenlang hebt geleefd met ‘te veel’. Te veel doen. Te veel voelen. Te veel zorgen. Te veel aanpassen.
Maar in die leegte gebeurt het. Daar wordt het nieuwe geboren. Daar komt de stem op die al die tijd heeft gewacht. Niet de aangepaste, afgemeten versie. Maar de echte. De rauwe. De vrije.

En die stem zegt: ‘Ik besta. Niet ondanks alles. Maar met alles’.


Voor de liefhebber: een oefening

Kijk eens naar een patroon dat je telkens herhaalt.
Een plek waar je je klein houdt. Waar je je inhoudt. Waar je overcompenseert.

Vraag jezelf af:

Welke schaduw van een archetype leeft hier? (De ten koste van alles Redder? De agressieve Krijger? De slachtofferige Martelaar?)
Wat probeert dit deel van mij te beschermen?
Wat zou er gebeuren als ik deze rol niet meer speel?

En voel dan… wie je wordt als je niet meer hoeft. Als je niet meer hoeft te pleasen, te bewijzen, te fixen.
Volgende keer vertel ik waar dit al gebeurt. In zorg, in onderwijs, in organisaties waar mensen bestaansrecht wel als uitgangspunt nemen. Want het is er al. Het leeft al. En het groeit.
Voor nu: neem je plek in.
Niet als bewijs. Maar als geboorterecht.

Want je bent er. Ook als je een schaduw werpt.


Ontdek meer van De Buitenstaander

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven